GODDELIJK

Het adres is niet duidelijk; de plek waar de man woont moeilijk te vinden. Hannes heeft met behulp van satellietkaarten de omgeving bestudeerd en denkt: achteraf was het beter geweest direct deze goeroe op te zoeken nadat hij die gedreven onbekende vrouw had gesproken die vol bewondering over de genezende zienswijze van de man vertelde. Niet te wachten op een lichamelijk ongemak. Hij wrijft over een wang.

Verscholen achter een wal van groen, bomen en dichtbegroeid struikgewas duikt een meertje op dat Hannes herkent van een plattegrond. Hij staart naar het lichte stilleven met alleen het opvallend geluid van vogels. Bloemen in veel kleuren zoeken tussen de struiken het licht. Niet ver van elkaar staan drie huisjes van hout en veel glas. Geen mens te bekennen. Waar houdt die wonderdokter zich op? Achter glas hem zien naderen?

Om de hoek van een soort studio verschijnen ineens drie slanke bruine honden. Direct, zonder te blaffen rennen ze naar Hannes en lopen snuffelen nieuwsgierig om hem heen. De vooraankondiging van hun meester die hem van afstand wenkt. Hannes knikt terwijl hij de grijzende man bekijkt en constateert dat hij totaal niet beantwoordt aan het beeld van een zonderling. Haar achterover, grijs shirt, donkere broek en slippers. Hannes volgt hem. Is dit een klassieke non-conformist?

De nog steeds zwijgende man nodigt hem uit plaats te nemen op een grote houten schommel, gemaakt van boomstammen die uitzicht geeft op een meer. Dicht tegen elkaar wiebelen ze lichtjes zonder iets te zeggen. De bovenarm van de gastheer drukt tegen die van Hannes. Geruime tijd kijken ze beide naar het water. Twee eenden zwemmen achter elkaar in het rond, de cirkels aan de oppervlakte blijven lang te zien. Een groep vogels vliegt in formatie grillige patronen waarna ze verdwijnen in de verte.

In korte tijd komt Hannes volledig tot rust. Het lijkt wel alsof spanning via de arm van de man wordt afgevoerd. Op een natuurlijke manier dwingt de man respect af. ‘Je hebt moeite gedaan mij te vinden. Welkom. Dit is mijn favoriete decor: het planten- en dierenrijk. Met een blik over water.’
Zijn woorden verbreken voor Hannes op een aangename manier de stilte. De honden zijn gaan zitten en kijken soms kort omhoog. De man in het grijs schenkt water voor hem in.

De ontvangst doet hem denken aan een willekeurige scene in een film. Gretig drinkt hij het glas leeg. Het lichte bewegen van de schommel samen met de menselijke warmte van deze onbekende figuur geven hem het gevoel dat van alles kan gebeuren terwijl je je nergens ongerust over hoeft te maken. Veilig. Het heeft ook iets weg van stoned zijn, denkt Hannes, hoewel…. toch ook weer niet. Het is ontspannen spannend. Hij voelt in zijn mond voortdurend de zeurende pijn en trekt zijn wang op.

‘Duivels op het moment. Gevaren, leugens, dreigingen. Je raakt snel verstrikt. Verkrampt. Voor de meeste mensen is de wereld ingewikkeld. Onbekende en onzichtbare verstrengelingen van belangen. Als je daarover denkt krijg je het snel benauwd. Op deze plek stroomt alles weg en na diep ademhalen kom je weer in balans.’
Hannes knikt automatisch, zonder iets te denken. ‘Tenminste wanneer er geen vliegtuig overvliegt’, voegt hij eraan toe terwijl hij kort speurt in de lucht.

‘Dit is een bruisend leven, al zul je dat in eerste instantie niet zien. Het stroomt zoals in je lichaam. Alles is met alles verbonden. Onzichtbare netwerken. Op deze plek heb je de mogelijkheid mee te resoneren met de omgeving als je je daaraan overgeeft.’
Hannes vermoedt dat hij de man stoort in een meditatie. Zonder hem aan te kijken voelt hij zijn glimlach. Nu iets zeggen over het doel van zijn komst kan deze aangename atmosfeer verstoren.

‘Je hoopt van mij te horen hoe je van die kiespijn afkomt.’
Op hetzelfde moment draaien hun hoofden zich naar elkaar. De rimpels in het gezicht van de man passen in het beeld van de omgeving, denkt Hannes. Tegelijk draaien ze terug.
‘Het is belangrijk dat je eerst iets weet over de richting van mijn gedachten over gezondheid.’
Hannes wil iets zeggen maar de man spreekt rustig en dwingend verder.
‘Voor het eerst ben ik daarover gaan nadenken na een gesprek met een kruidenvrouw, lang geleden. Zij vertelde mij over het evenwicht in de natuur. De natuur. Die was is bijna vergeten.’

Hannes gaat rechtop zitten. Een college? ‘Ziekte noemde die vrouw een vorm van onbalans. In het leven is alles gericht op het handhaven en terugbrengen van het natuurlijk evenwicht. Dat herstel gaat vanzelf en vindt bij een mens vooral ’s nachts plaats.’ Hannes is kort afgeleid door het gespetter van de eenden in het water. ‘Zodra een verstoring optreedt in de vorm van ziekte begint in je omgeving iets te groeien, zei ze. Wanneer je dat eet of een aftreksel ervan drinkt herstelt dat de balans.’

De blik van Hannes dwaalt rond. Wat een theorie! Zoveel mensen leven net als hij in de stad, ergens in de hoogte en kijken neer op tuinen. Alsof de man weet wat hij denkt:
‘Het gaat om grond, letterlijk om aarde, dicht in jouw buurt. Op een balkon kun je er een bak mee vullen. Dan gebeurt hetzelfde. Helaas is contact met het element aarde bij veel mensen ver te zoeken. Je leeft….. nee, beter is te zeggen: je wordt voortdurend in lucht gehouden. Daarmee verdwijnt realiteitszin. Met nauwelijks aarde en teveel lucht raak je verwijderd van de bron, je eigen aangeboren vermogen tot herstel.’

Heeft die geneeswijze iets met de elementen te maken? Het water waar ze op uitkijken speelt in dat geval een belangrijke rol. Water, lucht en aarde, waar blijft het vuur? ‘De meeste mensen zijn blij met een recept. In onbalans missen ze het contact met hun lichaam, zoeken hulp van buiten. Weinig tijd of door gewoonte. Ze hebben kastjes vol medicijnen. Pillen. Poeders. Verslaving. Chronisch ziek. Medicijn op medicijn, een leven lang. Grote verdiensten voor industrie en overheid. Zo zit iemand in de tang van een medicijn cultuur, een nogal materialistisch systeem.’

Dit lijkt Hannes een geschikt moment om te beginnen over de pijn in zijn mond. Hoewel. Misschien is dat juist banaal.
‘Regelmatig zie ik een hand naar je wang gaan. Ben je bereid te doen wat ik je opdraag?’
Hannes schrikt. Het moment van vertrouwen in deze zonderlinge goeroe is aangebroken. Meer informatie? Weigeren? Hij hoort het geluid van de eenden die wild tekeer gaan in het water. In korte tijd heeft hij respect voor de man gekregen. Door zijn aanwezigheid en stemgeluid. Het vertrouwen sluit naadloos aan.
‘Ja.’ klinkt het resoluut.

Hannes vertelt over een regelmatig zeurende pijn.
‘Luister: je gaat naar het toilet om de hoek. In een glas dat je daar vindt vang je uit het midden van je plas wat van de urine op. Vervolgens neem je een slok. Kom dan terug. Niets doorslikken!’
De opdracht verrast hem volkomen. Zijn hartslag neemt snel toe. Op zich is de opdracht niet moeilijk uit te voeren vermoedt hij, maar het is nogal vreemd. Bij de voorstelling die Hannes zich hiervan maakt spuugt hij alles er weer uit.
‘In je mond houden! Rustig het wat heen en weer laten klotsen.’
Een van de honden loopt met hem mee.

Hij houdt het glas omhoog en kijkt naar de lichtgele kleur. Gaat hij deelnemen aan een bijzonder soort therapie? Je eigen pis als mondspoeling. Het valt nog mee dat die grijsaard niet had bevolen het op te drinken! Is hij een kwakzalver? Zou het kwaad kunnen?
Langzaam zet hij het glas tegen de lippen. Doorzetten, klinkt een stem van binnen, zet je smaak op nul. Een beetje zoet, maar verder valt het wel mee; de smaak is niet vies. Anders dan de lucht ervan. Met kleine beetjes laat hij het toe in zijn mond.

Krampachtig met de lippen op elkaar geperst loopt Hannes terug naar de schommel.
‘Hou dit zo lang mogelijk binnen. Beweeg het van links naar rechts.’
Hij knikt en gaat weer zitten. ‘Urine is een wondermiddel. Zo lang al bekend in vele culturen, in India en China. De Romeinen maakten hun tanden er dagelijks mee schoon. Het ontgift je lichaam als je het drinkt. Vooral de ochtend urine, de midstroom met veel hormonen sterkt het immuunsysteem. Masseren maakt de huid zacht. Probeer maar eens. Samen met water is het een schitterend schoonmaakmiddel. Het wordt veel verwerkt in cosmetica, let maar op het woord ureum. Urine is handel, stoffen worden eruit gehaald en daarmee goud verdiend.’ Hannes is verbijsterd. Is deze man gestoord of geniaal?

‘Als soldaat plaste ik op advies van een vriend in mijn schoenen wanneer ik blaren had. Levenskracht van binnenuit weet ik inmiddels. Wat je nu in je mond hebt is gefilterd bloed uit jouw lichaam. Onderdeel van je leven voor je er afscheid van neemt. Opnieuw innemen helpt voor herstel of instandhouden van de balans. Goddelijk noem ik het. Vuur is het de bron. Het hart pompt de goddelijke liefde rond. Je hersenen voeren uit wat beneden je navel gevoeld en uitgedacht wordt. Uit de urine haalt het lichaam de rest liefde wat nodig is voor de balans. Het komt uit een liefdevolle bron.’

Liefdevolle urine? Hannes vraagt zich af wanneer hij het kan uitspugen. Waar is hij aan begonnen? Wat raaskalt deze wonderlijke man allemaal? Is hij een verschijningsvorm van duistere krachten waar die vrouw in was getrapt? Straks komen er zweren in zijn mond. De man glimlacht. ‘De eerste keer, altijd vreemd. Toch zul je dit moment niet snel vergeten. Wanneer je denkt dat je het niet langer binnen houdt, spuug het uit. Denk intussen na over jouw plaats in de wereld. In dat maatschappelijk systeem.’ Hij wil vragen waarom specifiek dat middelste gedeelte. Waarom dat ook voor het drinken geldt. Vreemd. Ineens wil hij de urine niet uitspugen maar in zijn mond houden.

Op het pad lopen de honden vooruit. De goeroe vertelt ’s morgens na het scheren zijn plas als aftershave te gebruiken. Hij masseert het voor het douchen op zijn hoofd. In een keer maakt Hannes de mond leeg. Op de grond schuimt het even.
‘Die pijn zal langzaam wegtrekken. Voor herstel is tijd nodig. Neem je lichaam serieus, respecteer het. Stap uit oude patronen. Ontdek je krachten. Neem je voor nooit meer te capituleren door welke druk ook van buitenaf zonder eerst voldoende informatie te hebben.’

Op de plek waar hij het woonoord binnenkwam staat de man stil, tijd voor het afscheid. ‘Literatuur?’, vraagt Hannes gretig, ‘over het drinken wil ik ……’
‘Ga op zoek. Experimenteer, ik heb je een richting gewezen. Gratis. Zonder bijsluiter’, waarna hij grinnikend eraan toevoegt, ‘gezonde liefde, gezonde nieren, gezonde leefstijl. Vertrouw de natuur. Wees je op je hoede voor mensen of instanties met mooie verhalen die aan je willen verdienen. Wees je ook bewust van verborgen verleidingen.’
De honden lopen terug, vragen stellen heeft geen zin meer. De man draait zich om:
‘Kom in dialoog met je lichaam. Stel je altijd deze vraag: wat ik nu doe is dat in mijn belang …….’
Zijn laatste woorden worden overstemd door het lawaai van een vliegtuig.

Terug op de weg lijkt het Hannes alsof nieuwe kracht zich in het lichaam ontwikkelt. Hoewel, denkt hij, dat kan ook verbeelding zijn, of een wensgedachte. Hij kijkt om zich heen, ziet niemand en schreeuwt: ‘In balans komen! Vermogen! Vertrouwen! Vrij!’ Met de hulp van je eigen goddelijke wonderdrank, altijd bij de hand. Hij glimlacht. Kan hij vanaf nu uit patronen stappen? Je eigen pis is niet vies! Welnee, wie heeft dat je wijsgemaakt? De opgedane rust bij de man maakt plaats voor lichte opwinding. Steeds sneller begint hij te lopen. Verandering. Nu? Niet veel later merkt hij dat de pijn in zijn mond verdwenen is.

Joop Brussee

16 juli 2020

open

OVERZICHT