
In het land van zeven,
lege straten, stille wegen.
Spreekt de koning:
‘Wat normaal is, is normaal.’
Daarna moet hij hevig hoesten.
Denkt: het zal mijn reet wel roesten.
In het land van zeven,
dagelijks, de mensen beven.
Spreekt de koning:
‘Wat normaal is, is normaal.’
Daarna opnieuw, zo hevig hoesten.
Denkt: tja, mijn reet zal wel weer roesten.
In het land van zeven,
moet iedereen zijn vrijheid geven.
Spreekt de koning:
‘Wat normaal is, is normaal.’
Daarna moet hij gelukkig hoesten.
Denkt: ach, ach die reet maar roesten.
In het land van zeven,
wie wil daar nog leven?
Spreekt de koning:
‘Wat normaal is, is normaal.’
Daarna moet hij weer heel hard hoesten.
Denkt: nu zal mijn reet echt wel roesten.
In het land van zeven,
regenten drinken, knikken tevreden.
Spreekt de koning:
‘Wat normaal is, is normaal.’
Hij tekent, moet plots weer hoesten.
En de knikkers? Lachen, proesten.
Joop Brussee
8 maart 2021
***
dot
