
(op de melodie van het versje Tien Kleine Negertjes)
Tien goede vrienden bereden vele wegen.
Een van hen verdwaalde. Toen waren er nog negen.
Negen goede vrienden haalden door in de nacht.
Een vergat zijn gulp te ritsen. Toen waren er nog acht.
Acht goede vrienden genoten van het leven.
Een at veel en veel te veel. Toen waren er nog zeven.
Zeven goede vrienden dronken fles na fles.
Een kon maar niet stoppen. Toen waren er nog zes.
Zes goede vrienden genoten van hun bedrijf.
Een ontspoorde en bedroog. Toen waren er nog vijf.
Vijf goede vrienden maakten waanzinnig plezier.
Een was extreem jaloers. Toen waren er nog vier.
Vier goede vrienden leefden verschillend en zie.
Een dacht hoerig, werd zelfs vals. Toen waren er nog drie.
Drie goede vrienden zwommen in de zee.
Een bleef grijnzend drijven. Toen waren er nog twee.
Twee goede vrienden spraken over een frame.
Een geloofde leugens. Toen was er slechts nog een.
Een goede vriend was bedroefd door al die flauwekul.
Vervreemde van zichzelf. Toen kwam het eind op nul.
Nul vrienden, dat was geen bestaan.
Het feest kon beginnen, van voor af aan.
Joop Brussee
9 maart 2022
***
dot
